Kleinzoon van 2½ en ik maken een WANDELING.
Op de parkeerplaats achter zijn huis staat onze auto met achterop de fietsen. Ik vertel dat opa en ik op vakantie gaan. Vakantie, dat herinnert hij zich nog: 'Wij zijn al op vakantie geweest' zegt hij, 'naar Schotland'. Voordat we verder WANDELEN ziet hij op de kentekenplaat een letter die hij kent, de D van Dikkie Dik.
Aan het einde van de straat ligt in de weg een putdeksel en verderop nog één en nog één. Nooit geweten dat er in één straat zoveel putdeksels zijn. Kleinzoon ontdekt al snel dat er op de putdeksels letters staan en vooral de B van zijn achternaam.
'Ik heb twee namen' zegt hij.
We WANDELEN langs een kleine graafmachine met een grote berg zand en een kruiwagen ernaast. Waarom het werk stil ligt is voor kleinzoon duidelijk: 'De mensen drinken koffie!'
Verderop verplaatst een grote graafmachine grote scheppen zand. 'Die drinken geen koffie'.
Op de stoep ligt hondenpoep. 'Mensen poepen op de wc, ik ook' vertrouwt hij mij met gepaste trots in zijn stem toe.
Hij is ook kritisch. Voor een auto die half op de stoep geparkeerd staat heeft hij geen goed woord over. Auto's moeten op de straat en mensen op de stoep.
Als onze WANDELING er alweer bijna op zit komt op de valreep het onderwerp 'haar' ter sprake. Hijzelf heeft geel haar, zijn vader zwart met een beetje wit, zijn moeder rood en zijn kleine babyzusje heeft nog maar een heel klein beetje haar. Naar mijn haar kijkt hij heel lang en komt dan tot de conclusie dat zijn oma wit haar heeft.
En dat is nou precies de kleur haar die oma's hebben. Nou ja, sommige oma's!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten